tekenfilmliefde501over
zelfportretfilm
item2
kopnew1
logoEdOb1
logoEdOb2a

COLLECTIE

item11

LEESZAAL

item9
item10
item12
item13

"Zonder Peter Vos was ik geen tekenaar geworden"

P E T E R V O S 1935 -2010

 

Ieder mens is uniek, een goede portrettekenaar zal in staat zijn het eigene van een gezicht te benadrukken. Zoals wij van elkaar verschillen, zo verschillen ook olifanten, mussen en muggen van elkaar. Dat iemand gelijkende nano-portretten van individuele muggen kan maken is uitgesloten, maar wonder boven wonder was er een tekenaar die dat bij mussen wel lukte: Peter Vos.
Vos hanteerde een veelvoud aan stijlen, waarvan zijn sprokkeltekeningen het meest 'eigen' zijn: zoals een vogel met takjes een nest bouwt, zo bouwde Vos met streepjes een tekening op; met een kreukeligheid, die doet denken aan de tekenstijl van Hokusai. Veel hebben ze gemeen, maar dankzij zijn intelligentie, humor en melancholie beschikt Vos over een groter palet. Je zou kunnen zeggen dat Vos niet de man van het grote gebaar is; dat zijn werk kracht en swung ontbeert, maar dat is bedrieglijk: omdat Vos miniaturen maakte, lijkt dat maar zo. Bij nadere beschouwing culmineert zijn hagelslagstijl in de meest lyrische penvoering die een tekenaar kan hanteren: spetterende, Van Goghachtige fonteintjes van tekenplezier. Zijn oeuvre is eigenlijk getekende poëzie.
Vos haatte artistiekerigheid. Zijn werk mocht geen kunst genoemd worden. Maar wij laten ons niet in de maling nemen.

Veel hedendaagse tekenaars zetten zichzelf aan en nooit meer uit. Eigenlijk maken ze in hun hele leven maar een tekening. Aan onderzoek, experiment of verdieping van hun oeuvre wordt, alleen al om praktische redenen, niets gedaan. Reproductie is een gevaar. Wij worden als imitatoren geboren, tot aan het reproduceren van eigen werk toe. Het kinderlijke genoegen iets te beheersen zal er niet vreemd aan zijn, maar het is wel het tegenovergestelde van wat kunst zou moeten zijn. Veel van deze tekenkunstenaars worden omarmd door de media of het grote publiek. Denk aan Poortvliet. Maar ook aan een Gummbah, of aan een Kamagurka. Een Dick Bruna. Zij zenden licht uit, maar werpen ook een schaduw.

Laten we voor de aardigheid eens licht werpen op een tekenaar die zichzelf wel uitzette. Ook al was haar talent ver boven alle andere vrouwelijke tekenaars verheven. Wat heeft Lian Ong (wie? zoek haar op het internet) bewogen om voorrang te verlenen aan collega's die onmacht als kracht presenteren? Een onbegrijpelijke stap terug, maar ook een schande: klaarblijkelijk is Nederland er niet in geslaagd Ong voor de tekenkunst te behouden. Wat zegt dit?

Tekenen is in de eerste plaats onderzoek, vertaling. Vorm is ook klank: welke tekenklank geeft de vorm optimaal weer? Kunst, aan de andere kant, is: een probleem verzinnen dat niet bestaat en op zoek gaan naar een niet bestaande oplossing; een open eind niet aan elkaar knopen: en dat is iets heel anders. Over een open eind geproken: in de media is aan het overlijden van Petre Vos minimaal aandacht besteed. Alleen een Wenckebach, een Paul van der Steen, een Van Dongen en een Woldhek benaderen zijn vakmanschap, en Hans G. Kresse, niet te vergeten. Het is zonneklaar dat Wenckebach de grootste Nederlandse tekenaar was. Maar een monografie? Vergeet het maar.
Nederland is een klein land dat doet denken aan een soepbord op een wrakke tafel. Schuin gehouden zakt alles naar één kant. De andere kant staat onveranderlijk droog.